Het VBO haalt vandaag uit naar de overheidspensioenen. Het is duidelijk dat ingrepen op de overheidspensioenen voor ons onaanvaardbaar zijn.
Dat de uitgaven voor pensioenen stijgen, is niet verwonderlijk. Maar enkel omdat het aantal gepensioneerden stijgt, moeten we de pensioenen toch niet verminderen ? Dat is een al te gemakkelijke oplossing, tenslotte hebben deze mensen ook jarenlang gewerkt om uiteindelijk te kunnen genieten van hun pensioen.
Niet de overheidspensioenen zijn te hoog, maar de wettelijke werknemerspensioenen zijn eigenlijk te laag !
In het rapport van de Hoge Raad van Financiën blijkt dat de voorziene stijging van de kosten voor de overheidspensioenen lager is dan die van de werknemerspensioenen. Voor de overheidspensioenen voorziet men tussen 2006 en 2030 een stijging met 1,2% van het bbp, bij de werknemerspensioenen met 2,3%.
Daarboven komt nog dat het gemiddelde overheidspensioen vermindert tegenover vroeger : de generatie die een hele carrière bij de overheid bleef werken, met relatief hoge pensioenen, verdwijnt.
Met dit simplistische VBO-discours vergeet men het echte probleem : de activiteitsgraad. En laat die in de openbare sector nu net hoger zijn dan in de globale economie !
Het verwondert ons niet langer dat de werkgeversorganisatie de openbare sector aanvalt. Gisteren waren er nog te veel ambtenaren, vandaag moet de overheid jaarlijks zorgen voor 30 à 40 duizend nieuwe jobs in de economie en moeten de overheidspensioenen dalen. Wat zal het morgen zijn ?